Quantcast
Channel: From the Edge of the Deep Green Sea
Viewing all 934 articles
Browse latest View live

Cultuurmarkt Vlaanderen: Het 'Stadsgedicht'

$
0
0
Er werd werkelijk vanalles uitgestoken op de jaarlijkse Cultuurmarkt Vlaanderen vandaag in Antwerpen, maar wist u ook dat de binnenplaats van de Oude Beurs een broeihaard was van de poëzie? Onder de Pagaddertoren maakte ik samen met heel wat al dan niet toevallige voorbijgangers een 'stadsgedicht', die ik op het einde van de dag rangschikte en op één grote rol plakte. De meest uiteenlopende woorden, verzen, indrukken, flarden inspiratie of zelfs heelder gedichten werden daar geschreven, af en toe onder het genot van een zangkoor. In totaal werkten meer dan dertig passanten mee aan het gedicht. En dit is het resultaat:


Bedankt Fameus, Cultuurmarkt Vlaanderen en iedereen die heeft meegeschreven aan dit epische lappendekken van een gedicht!

Ballonnenvrees 14 september 2016

$
0
0
Op een ontzettend hete septemberavond zette Ballonnenvrees het ‘nieuwe seizoen’ in, zoals dat heet. Al leek deze eerste najaarseditie in ’t Werkhuys eerder op een afsluiter van de zomeredities. Het was broeierig heet, en dan moet zelfs de poëzie de deur uit.
Maar beginnen deden we in het Kaffee. Publieksfavoriet Ulrike Burki mocht de spits afbijten deze avond. Ze groef met ons een put en deed ons dromen over baboesjka’s en Chaudfontaine. Laurien bracht een strakke slamset, met onder meer haar ‘klassieker’ over daddy issues. IJzersterk en vlijmscherp. Robbert Meijntjes is een van de organisators van het Rotterdamse podium Frontaal. Zijn ode aan de vrouw was tegelijkertijd een klaaglied van de man, en terwijl je er niet vrolijker van wordt, kan je de hoge herkenbaarheidsfactor absoluut niet negeren.
Voor de pauze verplaatste gans het publiek zich naar het binnenplein, waar Dries Van Doorn een epische performance onder het woekerende gebladerte van ‘den Boom’ bracht, in de zwoele zomerschemering. Eerst verklaarde hij dat poëten soms pooiers zijn, zo heeft hij ook een zekere R.V. grondig misbruikt. Dat het hem speet. Hij verklaarde ook alle autosnelwegen heilig.
Na een deugddoende pauze keerden we weer naar het podium, waar de Utrechtse dichteres Jolies Heijover de Indian Summer dichtte, en stelde dat mannen geen geliefde, maar een neukdoos willen. Frans Vlindermanlas enkele teksten uit zijn eindeloze verzameling aan ‘man-gedichten’, bracht een gedicht over Monopoli en eindigde met een haiku. Stefan Heulot stond al voor de vijfde keer of zo op Ballonnenvrees. Ondertussen is hij wijkdichter van Zurenborg in spe (januari 2017) en afgestudeerd aan de SchrijversAcademie. Hij opende in het Italiaans, bracht een poëtische ode aan Jazz Middelheim en een tekst over de Killing Fields.
Ondertussen tekenden Idris Sevenans, Robby Blondbaard en Zena Van den Block dat het een lieve lust was. Ze maakten kunstwerkjes op bierviltjes, die ze verkochten als >1 eurodeals. Weer naar buiten allemaal voor een intense set van Limburgs slamgeweld Jee Kast. Hoewel hij met zijn eerste tekst ‘Lolita’ wat in de mist ging, maakte hij dat meer dan goed met enkele van zijn nieuwere teksten. Zo vroeg hij zich op een bijzonder spitsvondige en geestige manier af wat er gebeurde met al die e-mails die hij verstuurde maar waar nooit antwoord op kwam.
De open mic werd gewoon buiten gehouden, in de hete septembernacht. Kem Heyndels schreef enkele edities geleden een tekst op een bierviltje. Die ‘Woestijnoase’ bracht hij nu. Daarna liep hij naar zijn vibrafoon, een groot uitgevallen xylofoon met ingebouwde orgelpijpen, waarop hij een prachtig stuk speelde. Ontwapenend. Thomas Goorden verjaarde en ging voor een interactief moment met ‘klaar om te wenden’. Gert Vanlerberghe gooide er nog ‘Broos’ tussenin, waarna hij Gust Peeters aankondigde, die twee gloednieuwe teksten bracht, de ene al wat minder serieus dan de andere. Nils Geylen las ‘Wanverhouding’ voor en Yannick Moyson sloot af met een freestyle, maar hij kreeg zulke vreemde woorden toegeworpen dat we het al gauw hadden over grotmongolen en gefrituurde giraffen. Maar daar moet het af en toe ook eens over gaan.
Alweer een gezellige avond en een mooie start voor een nieuw ‘poëziejaar’ met Ballonnenvrees. De volgende editie is op 30 september en nog eens in Café Ami, dat werd nog eens tijd, en daarna gaan we er voor anderhalve maand mee ophouden. Heel graag tot dan!

Foto's: Gust Peeters 

Persona non grata

$
0
0
Ik val in ongena bij iedereen die mijn mening vraagt.
Persona non grata, al mijn maskers vallen af,
in mijn kleerkast meer gewaden en onesies dan Zeus,
avatars die stuk voor stuk verbannen,
een voetnoot, wat krabbels in de kantlijn,
een palimpsest van Dode Zeerollen,
lees mij tussen de regels van de duivelsverzen door,
large dat ik ben, multitudes die ik heb.
Ik ben digressief, apocrief,
regressief, elusief als Proteus,
een estafetteloop van gedaanten,
metamorfosen tussen leven en dood,
it's morphin' time!
Schipper tussen leeuw en lam, water en vlam,
draai nog eens aan het rad, wie zal het zeggen? Walter?
Kijk me diep in de ogen met de ogen van een bij:
ik heb facetten, kies er één.
Je vindt je gading niet? Ja ma'... ja ma'... ja ma'... oké... herbron,
ik ben een kamakamakamakameleon,
draai rond de zon, nog zonder vorm,
ik vreet kometen, heb ijzertekort,
verover sterrenstelsels voor de sport,
Deathstar, schip dat niet neerstort,
en met buitenaards materiaal vul ik de gaten in mijn DNA.
Ik aanschouw de veelvoud aan kansen en snuif ze op als pep.
Cellen vermenigvuldigen, agglomeratie, ik dij uit.
Waar ik stop met mens zijn, word ik een god,
zo één van dertien in een dozijn die nog net
aan het ambrosiabuffet mag aanschuiven, achteraan,
en zich niet meer tevreden moet stellen met
de broodkorsten die Hermes of Thor of Vishnu hem toewerpt,
maar ik elleboog me naar de top,
en na een nacht van lange messen roep ik me uit tot de Ware,
ik kerf tien vuistregels in een molensteen
en verdrink het gouden kalf ermee,
ik demoniseer Jezus en Mohammed, en Baal mag uit de hoek
om mijn schoenen op te blinken, hoger komt hij niet.
Alle afvalligen, alle ketters belanden in de kringspieren van de hel.
Ik laat ze er branden of blootsvoets op een tapijt van legoblokjes lopen,
zodat mij niét aanbidden voor niemand nog een optie is.
En op mijn hoogtepunt verzoen ik alle rivaliserende sektes met elkaar.
Ze zien het licht als de vuurtoren die
hoog boven hun levens in hun ogen schijnt.
Ze aanschouwen mij en al de rest verdwijnt.
Ik ben heer en meester, en niemand die het oneens met dat oordeel.
Ik beveel & they obey. R.I.P. iedereen die het anders ziet.
Ik ben één en ondeelbaar, alwetend, alomtegenwoordig,
onzichtbaar, oneindig goed omdat ik dat zeg.
God heeft een dikke nek. Wie het anders wil, heeft pech.
En eens om de vier jaar lanceer ik kansen:
onttroon mij, vaag mijn hegemonie van de kaart.
Was het zand weg die ik in je ogen strooi,
neem een staak en verblind mij, koning in het land der blinden.
Meet je krachten met mij, vernietig mij, ontken mij helemaal weg.
Ik val in ongena bij iedereen die mijn mening vraagt.
Persona non grata, al mijn maskers vallen af.

Ballonnenvrees 30 september 2016

$
0
0

Als je de juiste mensen uitnodigt, word je Ballonnenvrees precies zo legendarisch, chaotisch en explosief als je had gehoopt, en soms nog enkele gradaties erger. Na een jaar stonden we nog eens in het altijd gezellige Café Ami, en daarvoor kwamen jullie van heinde en ver: Kortrijk, Gent, Rotterdam, Leiden... Soraya Deborggraeve, van het West-Vlaamse podium The Lyrical Lounge, opende met aangrijpende Engelstalige spoken word. Mathieu Charles, van Stand & Deliver, deed het ook in het Engels. Zijn woorden vlamden als racewagens door het café. Zijn Nederlandstalige slamteksten gaan over migratie en opgroeien in een witte wereld. Dan schrijfster Lies Gallez, uit Brugge, die een intense performance ten berde bracht met haar zorgvuldig gesponnen poëzie met een flinke scheut theater erin.
Na de pauze deed Bekvegter, ofwel Martijn Nelen, zijn titel van vice-slampioen alle eer aan, met ingenieuze teksten over neutraliteit, wannabe mc's en een kippenvel kwekend eerbetoon aan Magdalena, een dierbare holocaustoverleefster. Als klap op de vuurpijl was er zijn tekst die flirt met de kleur grijs, met een sneer naar de Belgische F-16's die Aleppo mee tot gruis helpen reduceren. De jonge Jaimee Brown is een opkomend Rotterdams slamtalent. De emotie trilde op haar stem bij het brengen van haar twee bezwerende teksten. Tom Spoelders heet nu De Spoel en had een koffer vol nieuwe kleinkunstliedjes bij, over de Witte van Zichem, hippe diëten en gitaren bouwen. Ook zijn kleine klassieker 'Troostwals' schelde door de boksen.
Weer een pauze, waarna Rotterdams podiumbeest Von Solo het podium besteeg in een badjas, die uiteindelijk ook uitging, waarna hij in blote bast met een fles fruitsap en enkele vruchten in de hand een theatrale versie van zijn klassieker 'Fruitontbijt' bracht. Hilariteit alom, want zijn stunt mislukte door het veiligheidsplastiekje op de teut van de fles. Zijn fruitsapdouche kwam er dus niet. Misschien volgende keer. Gelukkig was er nog zijn aangrijpende getuigenis over abstinentie, geteisterd door twee stemmetjes, zijn blitzclassic 'De Dictator' (een waanzinnige cocktail van referenties) en de welverdiende sneer naar jihadbaarden. Wir leben alles en deze man ademt rock'n'roll!
Ook zijn Eindhovense collega Derrel Niemeijer is zowat vergroeid met dit podium. Hij kwam zijn dichtbundel Als Wolven Huilen voorstellen in roze das, maar ging al gauw voor interactiviteit. Zo riep hij dichter Bert Deben mee op het podium, die een van Derrels teksten bracht. Ook Derrels performance was niet echt ontdaan van enige theatraliteit. Een tekst over ambtenaarszaad droeg hij op aan alle zonen van ambtenaars in het café.
De open mic werd geopend door Gert Vanlerberghe zelf, met zijn nog niet al te vaak opgevoerde tekst 'Elk Huis'. Daarna Bart Daems, die ons vroeg de ogen te sluiten en verhaalde over de relatiestatus 'It's Complicated' en andere teksten met sterke beelden en literaire referenties. Arthur Follebout deed nog een schepje bovenop het theatrale. Hij kwaakte zijn gedichten tussen het publiek, sprak ze als een halve gek aan, verdween even naar buiten, huilde naar de maan, kwam weer binnen en hield een pleidooi voor de rechtbank. Geschift goed! Rotterdammer Olivier Van Nooten knalde een waanzinnige slamtekst door de speakers, die het publiek buiten adem achter liet. Martin M. Aart de Jong kwam helemaal uit Leiden. Hij bracht een dadaïstische ode aan de dodo, en eentje aan Johnny Van Doornen. 

Lynn Van Hoof, uit Turnhout, voerde haar gedichten 'Vrouwen' en 'Zelfbeeld' op. Steven Grietens had zijn smakelijke manier van teksten brengen duidelijk niet thuis gelaten. Altijd een heel avontuur om in zijn prettig gestoorde universum te verdwalen. Hij droeg onder meer een gedicht op aan de vorige editie van Ballonnenvrees, waar hij niet kon bij zijn. Daarna vaste klant Gust Peeters, die de liefde verklaarde aan zijn twee minnaressen de poëzie en de Nederlandse taal. Bert Deben, al eerder deze avond op het podium, sloot de avond af met hilarische gedichten over one-night stands, weerwolven bij volle maan en Rambi, het ruige hert.

Jongens jongens jongens, wat was dat? Een lichtjes tot zwaar beschonken avond boordevol dichters die van een 'poëzielezing' een wervelende show maken, waarin we weer voortdurend met kwaliteit rond de oren werden geslagen. Poëzie kan geen poëzie meer zijn. Nee. Er moet een halve Broadwayshow worden bijgesleurd. Bedankt iedereen voor deze onvergetelijke editie, en tot op 16 november, in De Kleine Hedonist! Die wordt ook niet mis verdorie.

Foto's: Kattya Jansen (binnenkort met die van Theo Huijgens!)

Haiku's voor het slapen gaan

$
0
0
De haiku heeft vaak een geruststellende, ja zelfs rustgevende ondertoon. Deze Japanse dichtvorm van 5-7-5 is dan ook erg geschikt om te lezen vlak voor het slapen gaan, en daar zijn de vier onderstaande voorbeelden zeker geen uitzondering op.
Boom wiegt in de wind,
man met een koord rond zijn nek.
Zo danst een bankier.

Regen vermindert.
De put geeft een bankier vrij,
een mes in zijn rug.

Bankfiliaal brandt,
bankiers vluchten naar buiten.
Deur vastgespijkerd.

Bankier in de hel,
koopt zich een weg naar boven.
God slijpt zijn mes bij.

AzertyFactor: 'Wachten' van Elfie Vandenabeele

$
0
0
Deze week tip ik voor AzertyFactor de tekst van de week, en die is van Elfie Vandenabeele, 'Wachten'. Lees hier meer over de inspiratie voor het gedicht van deze schrijfster bij de Limburgse uitgeverij ZegHetMetTekst. En hieronder nog eens mijn analyse van 'Wachten'.

Gert Vanlerberghe is dichter, romanschrijver (Als een Ballon en Verdwenen) en organisator van het Antwerpse poëziepodium Ballonnenvrees. Zelf staat hij in binnen- en buitenland op de planken als dichter en slam poet. Gert werkte al samen met muzikanten zoals Tegen Beter Weten In en Veston, en voor de Dichters van Angst en Broekschijterij met leden van Sukilove. Samen met Butsenzeller vormt hij het muzikale duo Hersencellen. Voor Studio Bernadette schreef hij de toneeltekst Gifkind waarin hij ook een rol vertolkt. Daarbovenop is hij ook ambassadeur van de txt-on-stagewedstrijd Naft voor Woord.

Gert kiest vandaag Elfi Vandenabeele met 'Wachten' als tip van de week.

"De vangst van deze week is er één waar AzertyFactor weer erg trots op kan zijn. Wat een diversiteit aan stijlen en stemmen, een blijk van verbeelding, nu eens zweverig, dan weer guitig, hier met een traantje, daar dan weer met gebalde vuist. Zolang de factoren verwondering en verontwaardiging onverminderd meespelen bij het schrijven, zit het goed met onze schrijvers en dichters. Dat aandoenlijke verhaal van de Barbies in bad, of dat dorstige meisje in Algerije, of een prachtig relaas over het zoontje van de Grote Boze Wolf die zijn vader wil opvolgen, of even goed de twintig stampen in het kruis. Vooral de teksten van Gitane, Fatja Berrazi en Wim Veen konden me bekoren, maar ik ben helemaal gezwicht voor het gedicht 'Wachten' van Elfi Vandenabeele.

Ik ben een echte sucker voor beelden, beleef gedichten als een kortfilm, zowel als ik ze hoor als wanneer ik ze lees, tenzij ik verstrikt geraak in het ritme. Dit rustige, breekbare gedicht dwingt de lezer al meteen tot vertragen, de tijd nemen, ondanks een inhoudelijke staccato van hoge hakken en secondewijzers, die het tegendeel pogen te bereiken. We zitten in het hoofd van iemand die wacht, en wiens inwendige wereld voortdurend wordt afgeleid, door getik, door indringend licht. Als bij slow-motion zien we de ziekenhuisgangen en de taferelen die zich daar elke dag afspelen, met de bijbehorende geluiden, zo goed voorwoord in het gedicht. Het geeft al meteen zoveel prikkels mee, maar steeds door een waas van anticipatie en nakend nieuws, dat goed of slecht kan zijn. De tijd is op geheel andere rails gezet, alles gaat trager wanneer we moeten wachten. Het zijn vervloekte uren en ze duren veel te lang. Herinneringen fladderen voorbij, vluchtig: zomerdagen, klaslokalen. De chirurgen worden wat bevreemdend voorgesteld. Ze zijn groene jassen, maskers die vreugdeloos lachen, maar wel met een menselijk gelaat: ze proberen de wachtenden gerust te stellen.

De stijl van het gedicht is relatief sober en kristalhelder, het gaat 'm vooral over de beelden die in elkaar overvloeien, maar de mooiste zin komt bijna op het einde: "Hier tellen wij seconden op vingers van gevouwen handen." De hoop krijgt een lichamelijke, concrete dimensie bij de deuren die elk moment kunnen openslaan, en slotregel "en wij elkaar kunnen omarmen" laat de lezer met een knoop in de maag achter, na de hoop die de lezer, die het gedicht heel traag heeft gedegusteerd, samen met het lyrisch subject heeft opgebouwd. Een gedicht dat zo eenvoudig is van stijl maar waarin geen woord verkeerd staat, ondanks de heel gewoon geformuleerde slotregel."

De nacht

$
0
0
Die gedachten waarop nachten kunnen breken, verblind door een gebrek aan licht en high van hun eigen duister. Een sombere overpeinzing komt altijd onverwacht. Ze rijt elke jonge nacht, onervaren in haar veelvoud aan mogelijkheden, moeiteloos aan flarden. Amper opgewassen tegen wie geen aandacht heeft voor nachtelijke pracht. Zelfs in het meest volmaakte duister heb je zwartkijkers.

En de nacht zet poorten open, laat niets of niemand buiten, dronken door een macht van tolerantie, een drang naar experiment als een dodelijke cocktail. Als stomende seks kan, dan kan ook verkrachting. Als liefde en behagen, dan ook woede en verwarring. Hier krijgt iemand een ingeving, ze wil haar man verrassen. Daar drijft de rommel in zijn hoofd een man naar drank en zelfmoord. Hier woedt oorlog, daar groeien tweede kansen. Hier feesten als de beesten, daar een spuit in de aders.

Gekker moet het niet worden, dacht de nacht bij zichzelf, en toen werd het nog gekker. Gierende banden. Een Nissan die zich rond een lantaarnpaal drapeert. Vrouwen nagefloten, ze negeren, krijgen slaag. Wat had je aan? Honden verscheuren elkaar voor hun baasjes vermaak. Een eenzame man die zijn allerlaatste adem uitbraakt. Een dronken val van zes hoog. Een gooi naar macht. Een betoog. Kristalnacht. Lange messen. Een popster vermoord. Een baby doodgeboren.

De schemering was zwanger van beloften en van kansen, maar de nacht brengt alle duivels aan het springen, aan het dansen. De nacht snuift lijntjes sterrenstof, voelt zich groter, kan meer aan. Als een zaadje in de hersens groeit een inval tot een daad. En met spijt in hun ogen zeggen zij het was de coke, het was de drank.

Maar het was de nacht, onverantwoord, die de rede had verpacht. Het was de nacht, opstandige puber, onstuimig, ondoordacht. De omvang van de schade die ze toelaat had ze nauwelijks verwacht. Het was de nacht, wanneer alles nep en schijn en verdacht. Arresteer de nacht. Veroordeel de nacht. Die junkie. Die hoer. Die gangster. Moordenaar. Bedrieger. Leugenaar. Messentrekker. Manipulator. Pak haar alles af. Trek haar bij de haren. Sleep haar over de grond. Het is de dag die onze zelfoverschatting weer verstomt.

Flavours of the month

$
0
0
In his brand new album Skeleton Tree Nick Cave teaches us what lost sounds like, and it's mesmerizing. Two tracks rank in our monthly list. Radiohead just released a brand new single off their gorgeous latest album and it's an instant peak position. There are a few Belgian bands as well, such as the long-awaited Kapitan Korsakov single, the first song they released in many years, and it's something to get really excited about. Same for Grandaddy, who unexpectedly came back from the dead. Support your local talent, or at least your local label: new on Jezus Factory Records is a beautiful song by Rudy Trouvé. And last but not least, Crystal Fairy is a promising brand new superband with Omar Rodriguez-Lopez and Teri Gender Bender. Lots of music to get excited about. Enjoy!

  1. Radiohead - Present Tense
  2. Nick Cave & The Bad Seeds - I Need You
  3. The Strokes - Drag Queen
  4. Holy Holy - Darwinism
  5. The Slow Show - Ordinary Lives
  6. Kapitan Korsakov - Caramelle
  7. Nick Cave & The Bads Seeds - Jesus Alone
  8. Temples - Certainty
  9.  Car Seat Headrest - Drunk Drivers/Killer Whales
  10. American Wrestlers - Give Up
  11. Pumarosa - Cecile
  12. Crystal Fairy - Drugs On the Bus
  13. Grandaddy - Way We Won't
  14. Blaenavon - My Bark Is Your Bite
  15. sperwer - JAGER
  16. Summer Moon - With You Tonight
  17. The Pigeon Detectives - Lose Control
  18. Tycho - Epoch
  19. The Blinders - I Can't Breathe Blues
  20. Is Bliss - Ocean Blue
  21. Rudy Trouvé - Thin Can
  22. Baba Naga - Plna Krvy
  23. Saint Leonard's Horses - The Strangelove Hotel Suite
  24. NOTS - Entertain Me
  25. Bon Iver - 8
  26. The Glücks - CuCuCuCool
  27. Woodkid - Land Of All
  28. Heavy Suns - Blood To My Bones
  29. Hooton Tennis Club - Katy-Anne Bellis
  30. Admiral Freebee - Kim Basinger

Derrel

$
0
0
Je stond ons op te wachten aan het paadje dat naar je appartementsblok leidde, je grijns één en al gastvrijheid, trots en anticipatie. De koning van Woensel. Strak in het pak, geen hemd, wel een das. Dat je benieuwd was naar ons optreden. Dat het een bijzondere avond ging worden. En dat werd het. En zo volgden er nog heel wat. Van die opmerkelijke avonturen zoals een gangster/dichter kortfilm maken, waarbij zelfs de Antwerpse politie komt meedoen. Waanzinnige poëziefestivals organiseren waar in het begin van de avond al een draadje los hing, en waar jij en de mensen die je rond je verzamelde tijdens het verloop van de avond eens goed aan gingen hangen. En wie wél aanleg had voor organisatie werd tot een burnout gedreven. Met een oldtimer bus doorheen het Nederlandstalige platteland, van stad tot stad. Je opmerkelijke stijl van performen, heel theatraal, en toch zo authentiek. Jij bent een wandelende karikatuur, zo'n schimmig personage uit een boek of een cultfilm, flamboyant, over the top, een hart groter dan de hoeden die je wel eens draagt. Je bent een kubistisch lappendekken. Je bestaat uit anekdotes, die we keer op keer met smaak vertellen, steeds meer aangedikt, al hebben we nooit veel peper nodig wanneer we over je vertellen, je was altijd al voldoende gekruid.
Het zijn moeilijke dagen. En ik kan niet eens beginnen met me in te beelden hoe zwaar deze strijd voor je moet zijn. Jij als slachtoffer. Het is amper te geloven. Die sluipmoordenaar. Die tijger in het hoge gras. Eén die mooie mensen verrast. Die laffe ziekte. Zo laf. Je stond nog op Ballonnenvrees, uitgeput, maar dat zagen we niet. Dat je even een uurtje in de geparkeerde auto moest gaan slapen, was om je roes uit te slapen, zo dacht ik. Je optreden was er één om in te lijsten. Met de gebruikelijke theatraliteit en shockeffect. Dood aan de powezie? Wel, de powezie is niet dood. Je vele initiatieven hebben bijgedragen aan deze renaissance van de podiumpoëzie. En dan hebben we het nog niet eens gehad over je rol als uitgever, gepubliceerd dichter, noem maar op. Je bent een van de meest opmerkelijke personen, of laat ik maar gewoon het woord 'figuren' gebruiken, die ik heb ontmoet. Veel sterkte, nachtburgemeester, relschopper, punker, ontembare orkaan. Jij zult blijven woelen, stormen, dreunen, zalven. Brother in madness. Hou je taai.

Ozymandias

$
0
0

Say goodbye to everyone
Goodbye to everyone

Laat je wandelstok achter
naast de deur van je nieuwe verblijf.
Leg je hoed op de kapstok
en je moegestreden lijf te rusten.
Hier is niemand die je kent,
het verleden ligt begraven
onder kilo’s woestijnzand,
leeft nog enkele dagen
in homeopathische dosis verder
in verschrompelde hersencellen.
En daarna is er niets meer. Bijna niets.
Je werd ouder dan de gemiddelde farao.
Een leven opgestapeld als bij
een onhandig partijtje Tetris.
Leven alsof er nooit een dageraad komt,
dat kon je als geen ander.
En gelijk had je.
Beeld je een podium in
waaruit twee benen groeien,
de ene wat gekromd
want iets langer dan de andere.
Een pose die even goed
dictators als gegoten stond.
Je hoefde nooit een masker op.
Dat had je niet nodig.
Je was altijd demonstratief jezelf,
charmant in je onhebbelijkheid,
vervelend in je oprechtheid.
Je had een microfoon en voerde legers aan,
annexeerde nieuwe harten,
die je schopte of streelde.
Je mag nu stoppen met schreeuwen,
zelfs de maan is reeds vergruisd.
Wanneer alles weer stof en stront
leven enkel je woorden nog voort,
geschramd en geschroeid in onze huid.

Say goodbye to everyone
Goodbye to everyone

Zuid Afrika 16-29 oktober 2016, deel 1

$
0
0
Zuid-Afrika deel 1: Goudzoekers en Olifanten

Om 1u 's nachts dineren in een restaurant op de luchthaven van de in rijkdom zwelgende emiratenstad Dubai, het drukste kruispunt van de luchtvaart in het Midden-Oosten. Buiten deze glazen stolp, dit kapitalistische walhalla, dit Mekka voor duty-free fanaten geniet men van een Arabische nacht van 30°C, maar daar zien of voelen we niets van in deze troebele visbokaal met airco. De hele wereld is over de tafeltjes rondom mij uitgesmeerd, iedereen gefocust op hun kip met rijst of kip met burger, we waren even goed duizenden kilometers van elkaar verwijderd geweest, wat binnen enkele uren ook letterlijk het geval zal zijn. Als bij een biljartstoot met effect vliegen we weldra alle windrichtingen uit, nog voor je Verenigde Arabische Emiraten kan zeggen. In ons geval zal dat het zuidwesten zijn. Onze tweede vlucht heeft Johannesburg als bestemming. Het is mijn tweede keer in Afrika en mijn eerste keer onder de evenaar. We zullen een heel eind zuid zitten in dit gigantische continent, al staat enkel het noorden van Zuid-Afrika op het programma, inclusief enkele grensgebieden, waaronder een bezoek aan het staatje Swaziland. Er staat heel wat cultuur op het programma van de groepsreis, en we gaan ook enkele parken bezoeken voor de bijzonder rijke fauna en flora van het land. In de late nacht stijgen we op boven een stad van miljoenen lichtjes, waaruit de Burj Khalifa als een naald verrijst, majestueus in zijn titel van hoogste toren ter wereld. Zes uur later landt het toestel in Johannesburg, de grootste stad van Zuid-Afrika, bekend als zakenstad, maar ook als broeihaard voor misdaad. De groepsreis van beginnen. We zijn met negen Belgen, plus de flamboyante gids Steve, wiens Afrikaans best goed is te verstaan en in weze niet veel harder verschilt dan de dialecten van de groepsleden onderling.
We rijden op de belangrijkste ringweg rond de stad en haar vele voorsteden. Er zijn er zo'n zevenhonderd! De skyline van Jo'burg is niet meer of minder indrukwekkend dan die van een andere miljoenenstad met een woud van wolkenkrabbers. Steve vertelt dat bijna alles wat we aan bomen zien vanuit Australië is ingevoerd. We passeren enkele gated communities, goed met prikkeldraad ingepakt en de beruchte townships en sloppenwijken. Zelfs op de grote wegen zijn straatverkopers en -artiesten druk in de weer. Onderweg naar Soweto doemt plots een Italiaanse stad op, als tang op een varken. Het is het enorme casino van Johannesburg, inclusief met dom en klokkentoren. Authentiek in haar nep zijn. Soweto is zo'n zwarte township, maar dan één van gigantische afmetingen, of toch zeker wat het bevolkingsaantal betreft. Er leven zo'n 3,5 miljoen inwoners in Soweto alleen! Deze plek werd beroemd toen arbeiders massaal in opstand kwamen tegen de apartheid. Tegenwoordig vind je er zowel villa's als sloppenwijken, aangezien steeds meer nouveaux riches in Soweto komen wonen. De helft van de inwoners is werkloos, een bedroevend cijfer. Heel wat mensen wonen nog in de zogenaamde luciferdoosjes, die waren gebouwd voor wie in de mijnen moest werken. We rijden door Diepkloof, een van de bekendste wijken van Soweto, en voorbij een van de grootste ziekenhuizen ter wereld. Iets verderop staan twee oude met tekeningen opgesmukte koeltorens, vanwaar je kan bunjeejumpen.
Heel beroemd is Vilakazi Street, waar twee Nobelprijswinnaars hebben gewoond. In dezelfde straat vind je het huis van Desmond Tutu en dat van Nelson Mandela. Deze laatste verbleef er slechts elf dagen, nadat hij na 28 jaar gevangenschap was vrijgelaten. De wereldpers zwermde als hongerige vliegen rond het huis, dus Mandela moest opnieuw verhuizen. Het is een interessant museum met heel wat foto's en persoonlijke spullen van de ex-president. Onder de boom in de tuin werden de navelstrengen van pasgeboren kinderen begraven. Van het Hector Pieterson Museum krijgen we dan weer een prop in de keel, en geen kleine. Op 16 juni 1976 werd de 12-jarige Hector Pieterson doodgeschoten tijdens een studentenprotest tegen het invoeren van Afrikaans als officiële taal in het onderwijs. Deze taal werd gezien als de taal van de onderdrukker, van de blanke bezetter. We leren ook meer over het ANC en over Steve Biko, de jonge actievoerder die in de gevangenis overleed. De foto's spreken boekdelen over deze vreselijke periode van racisme, onderdrukking en geweld.

Het busje stopt even aan het FNB-stadium, ofwel Soccer City, en daarna doen we een drive-by van Johannesburg in de rapte. Opvallend zijn de Hillbrow Tower, die heel lang de hoogste toren van Afrika is geweest, de Mandela Bridge en de sierlijke mormonenkerk. Ons eerste hotel ligt niet ver van het 'Italiaanse stadje', in de hutsepot van wegen, wijken en tankstations die de banlieue van Jo'burg is. Het is een mooi maar eenvoudig domein met verschillende bungalowhutjes, een zwembad en een bar. De gids dolt wat met het zwarte personeel, dagelijkse inside jokes over ras die blanken en zwarten delen. Humor is het beste medicijn. Wat een geschiedenis ook... Tegenwoordig zijn het vooral politici die elkaar niet kunnen luchten en de twee tegen elkaar op trachten te zetten. Waar hebben we dat nog gehoord? Zowat overal eigenlijk. Na twee vermoeiende vluchten en een dag rondrijden door Johannesburg en Soweto is het tijd om van het avondmaal te genieten en eens lekker achterover te leunen... iets te hard want het dunne glas van het raam kan het gewicht van mijn vermoeide lichaam niet aan. Oeps. Dat begint al goed.
Op dag twee rijden we naar Pretoria, de politieke hoofdstad van Zuid-Afrika. We passeren militaire grond en de spoorweg voor de goudtrein die tussen Johannesburg en Pretoria reed. Pretoria wordt wel eens de Jacarandastad genoemd, omwille van haar hoge dosis aan jacaranda's in de straten, paars bloeiende bomen. Pretoria is een studentenstad (de University Of South Africa is erg groot) maar heeft ook een vrij conservatief imago. Er wonen best veel nette, brave pilaarbijters in de stad. Voor we Pretoria bereiken, zien we het Voortrekkersmonument, ter ere van de Afrikaners die tijdens de Grote Trek van de 19e eeuw tegen de inheemse stammen vochten. Een centraal figuur in Pretoria is Paul Kruger, de eerste president van Zuid-Afrika. Zijn monumentale standbeeld vinden we terug op het erg mooie Kerkplein, omzoomd door knappe gebouwen zoals het Paleis van Justitie en de Oude Raadsaal. Het standbeeld zelf is afgebakend met een zwart hek, mogelijk omdat het wat controversieel is, net als het Voortrekkersmonument natuurlijk. Onderweg naar Meintjies Kop passeren we nog St Alban Cathedral.
Op de heuvel Meintjies Kop staat het indrukwekkende zandstenen parlementsgebouw. In de prachtige, op maat gesneden tuin hebben we een uitzicht over de hele stad, met al haar wolkenkrabbers en jacaranda's, tot ver in de heuvels met het Voortrekkersmonument. Een groot beeld van Nelson Mandela verwelkomt ons, breed glimlachend, de armen gespreid. De met villa's en ambassades bezaaide Government Avenue is de enige boulevard in de stad met een dubbele rij jacaranda's.
We verlaten de Arcadiawijk en even later ook Pretoria en rijden oostwaarts. Na enkele kilometers passeren we een indrukwekkende Chinese tempel, de enige in Zuid-Afrika. We stoppen om te eten in een Alzu Total nabij Middelburg. In de weilanden grazen witte neushoorns, zebra's, hartebeesten, elandantilopen, Kaapse buffels, reebokken, waterbokken, struisvogels en emoe's. Die laatste zijn natuurlijk geïmporteerd. De neushoorns hebben geen hoorns meer. Die zijn verwijderd opdat ze de andere dieren niet zouden verwonden. Interessant om deze dieren van dichtbij te zien, nu nog in het wild. In het gebied rond Dullstroom liggen verschillende kerkhoven voor gesneuvelde soldaten tijdens de twee Boerenoorlogen, zowel Britten als Afrikaners. Heel wat vrouwen en kinderen belandden hier in concentratiekampen en stierven er in mensonterende omstandigheden. Het landschap wordt heuvelachtig, ruwer, met uitgestrekte velden die steeds meer voor wildernis willen doorgaan. Onderweg naar Pilgrim's Rest, in de provincie Limpopo, stoppen we nog even in Lydensburg.

Een bezoek aan Pilgrim's Rest roept de tijd van de Oud-Transvaalgoudkoorts weer op. Het werd tot nationaal monument uitgeroepen. In 1873 werd er goud ontdekt en van alle hoeken van de wereld kwam men naar hier in de hoop stinkend rijk te worden. Het is best fris wanneer we het gezellige mijnstadje binnenrijden, ook al is dit het begin van de zomer. We zitten namelijk hoog in de heuvels. We wandelen langs een markt met Afrikaanse spullen en de verkopers blijven maar aandringen dat we binnen komen en eventueel iets kopen, maar wij hebben al lang iets interessanters gezien. In de bomen en op het zandweggetje naar de kerk zitten een tiental apen, van de soort vervet, van de familie blauwaap. De mannetjes hebben geslachtsdelen die eerder op rode en blauwe plasticine lijken. In het restaurant genieten we van een heerlijke maaltijd, wanneer plots het voltallige personeel uit volle borst in het Zoeloe begint te zingen. Na nog enkele Castle biertjes in een bar die vroeger een kerk was is het weer tijd om naar Zandmanland te vertrekken.
Na het ontbijt rijden we de mistige heuvels in. Het miezert en het is glad op de stijle weg. Samen met de naaldbossen geeft het hele plaatje eerder een Europese of Noord-Amerikaanse indruk. Er is een ongeluk gebeurd. Een witte wagen ligt op haar zijkant, de ramen versplinterd. De politie is al ter plaatse. We klimmen steeds hoger, tot er niets van het adembenemende landschap overblijft en er enkel nog mist is. Daarna wordt het kleurrijker, roodbruin, met cactussen, jacaranda's, koortsbomen, bescheiden termietenheuvels, en enkele vervetaapjes. Hier en daar lopen enkele runderen langs de baan. Voor we naar het laagveld afdalen, stoppen we bij God's Window, een heuveltop die een verbluffend panorama biedt op de Blyde River Canyon, een beetje de Grand Canyon van Afrika, met helemaal beneden een blauwe Blyde River. Het is ijskoud maar het uitzicht op de grillige rotsformaties maakt heel veel goed. Dit is de derde grootste canyon ter wereld en een van de mooiste uitzichten in Afrika.
Bourke's Luck potholes is de volgende stop. Tom Bourke stierf uiteindelijk zonder goud, arm maar gelukkig. Sommige van de potholes die werden uitgediept zijn wel 5,5 m diep. We dalen een rotsachtig pad af naar waar de Treur en de Blyde samenkomen. Het geheel van de diep uitgesneden rivieren, de ronde potholes en de rotsen is erg mooi. Onderweg naar Graskopspot ik een baviaan op uitkijk. Een vervet raapt nog gauw zijn lunch op alvorens weg te vluchten van ons rijdende busje. We kopen zakjes biltong in Graskop, stukjes gedroogd vlees van de koedoe en de springbok, en halen geld af. Een Britse toeriste beschuldigt Mona ervan enkele van haar bankbiljetten te hebben meegenomen. Wanneer blijkt dat ze gewoon verkeerd heeft geteld, krijgt Mona niet eens een sorry. In Harrie's Pancakes doen we ons te goed aan overheerlijke zoete of hartige pannenkoeken.
Het klimaat en de vegetatie veranderen stilaan op weg naar het Krugerpark. De naaldwouden maken plaats voor meer exotische flora. Het Krugerpark strekt zich uit over de provincie Mpumalanga tot aan de grens met Mozambique. Het laagveld is de thuis voor zo'n 150 soorten zoogdieren, in alle vormen en maten. We zullen in het park zelf slapen, op een domein dat nogal op een concentratiekamp lijkt, midden in het laagveld. Onder het genot van een welkomstdrankje op het terras kijken we uit over de wildernis en krijgen we alvast enkele van de meest vooraanstaande bewoners van het park te zien. Vier olifanten slenteren een honderdtal meter verder voorbij. De koning van de Afrikaanse jungle. Het grootste landdier ter wereld. Lid van The Big Five, de vijf gevaarlijkste zoogdieren tijdens de jacht. Je kan alleen maar ontzag hebben voor deze elegante kolossen. In open wagens rijden we de bush in. Op safari in Zuid-Afrika, het is al heel mijn leven een droom geweest. We spotten impala's, grijze duikers, hopvogels, arendsuilen, een nijlpaard en een krokodil in een poel, visarenden, waterbokken, scharelaars en ossenpikkers. Niet ver van een neushoornschedel houden we halt. We stappen de 4x4 uit en de gids van het park dekt een tafeltje. Aperitief in de wildernis met lekkere amarula en brandewijn! Steve steekt een impalakeutel in zijn mond terwijl de gids een uitleg geeft over de dieren in het Krugerpark. Tijdens de zonsondergang klimmen we weer de wagen in en rijden we terug naar het hotel, gewapend met een zaklamp, om meer dieren te kunnen spotten. We zien zebra's, hazen, vleermuizen en een Kaapse buffel, ook bij de dodelijke Big Five, omwille van zijn onvoorspelbaarheid.
We worden vroeg wakker in een weelde van vreemde vogelgeluiden en nemen een douche in een openluchtcabine. Buiten kijken enkele nieuwsgierige impala's van achter het hek onder stroom. Verschillende vogels in de mooiste kleuren vliegen vrolijk rond. Bijzonder irritant is de schreeuw van de nochtans erg mooie glansspreeuw. Enkele helmparelhoenderen lopen zenuwachtig door de bush. In een plas achter de omheining plonsen enkele nijlpaarden in het water. We trekken drie uur lang te voet door het laagveld, zo'n vijf kilometer lang. Onze game rangers zijn gewapend met jachtgeweren waarmee je een olifant kan vellen maar hebben die nog nooit moeten gebruiken. Ze geloven er vast in dat er altijd een uitweg is bij een gevaarlijke ontmoeting. We zien wrattenzwijnen, impala's, duikers, waterbokken, vervetten, nijlpaarden, gnoes en bijeneters. Een van de game rangers raapt een duizendpoot op, die meteen van stress zijn hand begint onder te schijten. We houden ook halt aan het hol dat een aardvarken heeft uitgegraven. Na twee dagen verlaat het zijn hol en gaan er andere dieren in leven. Onze game ranger vermoedt dat er een leeuw in zit, wat dus een gevaarlijke situatie kan zijn. We zien ook verschillende sporen en uitwerpselen van dieren en enkele nesten van de hamerkop.
Daarna rijdt Steve ons de bush in. We zien Kaapse buffel, waterbok, olifant, zebra, geelbekreiger, nijlpaard, witte neushoorn, gnoe, schildpad, visarend, gier, wilde hond, koedoe, duiker, neushoornvogel, vervet, arend, kuifbaardvogel. In Skukuza, aan de Sabie River, gaan we eten. Ik ga voor een stuk sprinkbokvlees. De Sabie River wordt de 'Rivier van de Angst' genoemd. Er loopt een ongebruikte spoorwegbrug over, waar een groep bavianen over loopt. Aan het terras spelen enkele nieuwsgierige vervets. Wanneer ze proberen bij ons eten te komen, worden ze weggejaagd door personeel met katapulten. Op de terugweg bekijken we een gevecht tussen twee olifantstieren. Zelfs in het duelleren zijn ze tergend traag. De poorten sluiten om 18u en wij zijn te laat. De gids geeft extra plankgas maar het mag niet baten. We mogen niet meer binnen. Na veel gedoe met de poortwachter wordt een escorte opgebeld. De rijdt ons voor in het pikdonkere laagveld, om onze veiligheid te garanderen. Vier buffels blokkeren de weg maar slenteren uiteindelijk tegen hun zin de bush in. De biertjes smaken eens zo goed bij onze terugkomst in de bar. De braai ook, al komt die me later duur te staan.
We staan op voor dag en dauw om met een 4x4 uit te rijden, maar ik heb andere zorgen. Door een voedselvergiftiging mag ik niet mee en ben ik genoodzaakt uit te slapen en in het hoteldomein rond te hangen. Nijlpaarden spotten van achter de omheining en J.M. Coetzee lezen zijn aardige tijdverdrijven, maar op den duur heb ik het gehad. Omdat ik me in de namiddag beter voel, vraag ik aan de receptie of ik met een andere trip mee kan. Er worden wat mensen opgebeld en bijgehaald en ik mag nog mee met een Duitse groep. Met de 4x4 komen we erg dicht bij heel wat olifanten. De chauffeur Steve vertelt ons dat er 18000 olifanten in het park zijn. Dat is veel te veel. Overal zijn sporen van hun vernieling zichtbaar. Er zullen er enkele naar buurlanden worden verhuisd, maar 3000 dieren zullen helaas moeten worden gedood. Hun vernieling van het park wordt anders een veel te grote bedreiging voor de andere dieren. We zien buffels, een bateleur (ook goochelaar genoemd), een erg giftige soort duizendpoot, gnoe, giraf, impala, visarend, bijeneter, nijlpaard, luipaard, gier, koedoe. Daarna is er weer het aperitief, met amarula op mijn nuchtere maag. De tocht door het donker is indrukwekkend, vooral omdat ik naast de chauffeur zit. En zo werd deze dag toch nog lichtjes spectaculair, zeker met de luipaard, die rustig op een dode boom lag in te dutten.

HET TWEEDE DEEL VAN HET VERSLAG VOLGT GAUW OP DEZE BLOG! 

Zuid Afrika 16-29 oktober 2016, deel 2

$
0
0
Zuid-Afrika deel 2: Over Swazi en Zoeloes

Swaziland is een onafhankelijke staat van een zakdoek groot geleid door een zichzelf met geld en vrouwen verrijkende relatief jonge koning. Nochtans bedraagt het werkloosheidspercentage maar liefst 40%! Het is een christelijk land maar men gelooft nog in de geesten van hun voorouders, waar ze heel veel respect voor hebben. Het is het land van de Swazi, een oude Afrikaanse stam, en het is onze volgende bestemming. En route!
In de dorpjes rond het Krugerpark heb je langs de hoofdbaan om de paar meter een supermarkt. Die bestaan uit een stenen huisje vaak met verf opgesmukt, niet zelden in de knalrode kleur van Coca Cola. Af en toe lopen runderen en kippen over de weg. We rijden verder zuidwaarts in het dolomietenlandschap van Mpumalanga, naar de Lebombobergen. Aan de grens tussen Zuid-Afrika (Jeppe's Reef) en Swaziland (Matsamo) bezoeken we een make-belief Swazidorp. De gids is een jonge vrouw in traditionele klederdracht (heel veel rood). Ze vertelt ons over hun rituelen en extreem patriarchale systeem. De vrouw is ontzettend onderdanig volgens de gebruiken van de Swazi. Wanneer we haar het nagebouwde dorp in volgen, moeten de mannen eerst en pas daarna de vrouwen. Maar niet vooraleer we met zijn allen toestemming vragen. We wonen een optreden van traditionele zang en dans bij, het hele 'dorp' in Swazikledij natuurlijk. Zo zijn de jonge mannen naakt, op een rood-groen rokje en een rode 'das' na. De zang ontroert en de ritmes zijn erg meeslepend. We mogen zelfs even mee dansen.
Ons busje rijdt voorbij de laatste grenspost, Swaziland binnen. Overal loslopende varkens, geiten en runderen. De koereigers zijn ook nooit ver weg. In volle vaart vliegen we door de groene heuvels van Swaziland, met de cd van de Swazi als soundtrack. Koning Mswati III is polygaam en heeft tien vrouwen, en voor elke vrouw heeft hij een villa laten bouwen. We passeren er een paar voor we de langs de hoofdstad Mbabane rijden. tussen Mbabane en Manzini liggen Ezulwini Valley en het Mlilwane reservaat. Onze laatste vijf minuten in de wagen zijn een safari op zich. Om het hotel te bereiken moeten we door het reservaat. We spotten zebra, gnoe, blesbok, impala, wrattenzwijn, nyala, krokodil en bijeneter.
We slapen in een cirkel van typische Swazihutjes en schenken brandewijn op het middenplein, samen met de Nederlandse groep en hun gids. Er is geen omheining dus de antilopes wandelen gewoon tussen de hutten door. Ook wordt er gewaarschuwd voor nijlpaarden in het donker. Ik neem mijn glas brandewijn en slenter in het duister tussen de impala's en de nyala's. Twee impalamannetjes zijn in een gevecht verwikkeld. We vlijen ons neer aan het kampvuur, waar vier wrattenzwijnen liggen te slapen. Verbazingwekkend hoe dichtbij je kan komen. Het waait erg hard en de elektriciteit valt een paar keer uit tijdens het avondeten, en dan ineens finaal voor de komende 15 uur.
In de vroege ochtend ligt de stroom dus nog altijd uit. Voor het ontbijt bewonder ik een koppel blauwkopagamen, en dan vooral de prachtige blauwe kleur van het mannetje, en gaan Bart en ik al wat verkennen. Aan de dam heerst een drukke bedrijvigheid van heilige ibissen, reigers en wevers. Het is erg warm en er staat een stevige wandeling op het programma, onze eerste sinds we in Afrika zijn geland. Mona en Eveline gaan naar de markt, de rest volgt de Hippo Trail, aan de Nyonyaneberg, een parcours met veel hindernissen, door jungle en savanne. We spotten enkele bedrijvige mestkevers en een bol die enkel uit bijen bestaat. Na een poos schakelen we over op de Summit Trail en beginnen we aan een stevige klim. Helemaal bovenin ligt een hotel met een schattig tuintje. Het uitzicht is om van te smullen en de frisdrank en biertjes doen geweldig veel deugd na zo'n klim in volle zon. Op de terugweg proberen we zo dicht mogelijk een zebrakudde te benaderen. Wanneer we terugkomen is de elektriciteit nog steeds uit, dus onze biertjes zijn iets minder fris in ons eigen hotel, maar we zitten op het terras aan het water en het zicht op de vissen en watervogels maakt veel goed. Een kindje gooit stukjes brood in het water, waarop een hele school katvissen als grote wilde slokoppen erop af stormen. Aan de overkant kruipt een jonge nijlkrokodil op de oever om wat te kunnen zonnen. Wij kunnen ook wat water gebruiken en we verhuizen naar het zwembad, waar kinderen een verjaardagsfeestje houden. Dat heerlijk koude water kwam geen seconde te vroeg. Een biertje erbij, en wanneer iets later de elektriciteit weer aanspringt, is werkelijk alles in kannen en kruiken. Na het diner krijgen we nog een portie Swazidans voorgeschoteld.
De volgende dag zitten we vooral lang in de wagen. Het is zondagochtend en we cruisen door Manzini, de tweede grootste stad van het land. We rijden een poosje langs indrukwekkende dolomieten, daarna wordt het landschap vlakker. Achter de bergen in het oosten ligt Mozambique. We houden halt in een hotel en aaien een zebra in de miniboerderij, terwijl mestkevers zich over zijn fecaliën ontfermen. Onze wagen stopt ook even aan Swazihutjes in de wildernis. Moeder de vrouw komt dankbaar op ons toegelopen en we stoppen haar wat geld toe.
We verzamelen weer enkele bureaucratische stempels, steken de zuidgrens over en rijden KwaZulu-Natal binnen, ofwel Zoeloeland, het thuisland van de Zoeloestammen, in het oosten vna Zuid-Afrika. De hutjes langs de weg, de savanne met haar typische paraplubomen en kuddes buffels en antilopen zijn zo karakteristiek als Afrika kan zijn. We verblijven in Zulu Nyala Hotel, naast Zulu Cultural Village, zo'n beetje hetzelfde concept als Swazi Cultural Village, met nagebouwde Zoeloehutten. Een klein Bokrijk, zeg maar. Er is een krokodillenvijver en een kleine savanne met kuddes zebra's en antilopen. De wevers kwetteren non-stop in dit bungalowdorp. Voor ik de bar mee onveilig ga maken begeef ik me in de kudde. De blesbokken worden onrustig door mijn aanwezigheid en beginnen als gekken rond te draven, en de zebra's proberen me weg te jagen door met hun hoeven op de grond te stampen. De impala's en nyala's houden me schuchter in de gaten. Fascinerend hoe en wanneer deze prachtige, elegante dieren reageren bij een indriger in hun savanne-idylle. En dan nu de bar.
Na een dag niets doen is het weer tijd voor actie. Om 5u gaat de wekker en een uur later rijden we naar het Hluhluwe reservaat. We spotten witte neushoorn, bruine slangenarend, Kaapse buffel, zebra, nyala, leeuw (eindelijk een 'check' voor The Big Five!), waterbok, rode duiker, lori, samangoaap, geelbekwouw, wrattenzwijn. De leeuwen liggen rustig te slapen op een verafgelegen heuvel, maar de neushoorns komen erg dichtbij. Wat een fantastische ervaring! We rijden door naar Saint Lucia en bijbehorend meer, aan de Indische Oceaan. Op het strand maken twee jongens zandsculpturen van Afrikaanse dieren. Met een bootje varen we het Saint Luciameer af, langs de mangroven. We krijgen nijlpaard, visarend, zilverreiger, koereiger, Afrikaanseooievaar, geelbekwouw, ijsvogel en neushoornvogel in het vizier. Het territorium van een nijlpaardenfamilie is zo'n 1-2 km groot. We bezoeken er verschillende. Deze tamme goedzakken liggen er lui en lieflijk bij maar zijn eigenlijk gevaarlijker dan eender wie van The Big Five. Jaarlijks doden ze zo'n 3000 mensen in heel Afrika. Ze geeuwen erop los. Je wordt moe van naar ze te kijken.
Slecht weer verbant ons naar de receptie van het hotel, waar we gefascineerd kijken hoe een gekko ondersteboven op het plafond op vliegen jaagt. Iets na het avondeten op restaurant gaan regen en wind wel héél stevig te keer. Gelukkig ligt het restaurant niet ver van het hotel. De storm is een razende furie en haar toorn is verschrikkelijk. Alsof ze met al het water in de oceaan de straten van Saint Lucia wil schoonvegen. Het hotel lekt water naar binnen. Ik was net op tijd binnen maar de rest van de groep zit nog na te tafelen op het open terras van het restaurant. Bezorgd rijdt John, de gids van de Nederlandse groep, zijn busje uit om de natafelende Belgen en Nederlanders op te pikken. Het blijft regenen de volgende dag. We bezoeken een krokodillencentrum, met heel veel nijlkrokodillen, gegroepeerd per leeftijd, en enkele alligators, langsnuitkrokodillen, dwergkrokodillen en schildpadden. In de bomen hangen kolossale nesten van de hamerkop, nochtans geen grote vogel. De wegen van Saint Lucia liggen bezaaid met grote takken en zelfs bomen. Hier en daar worden loshangende takken uit de bomen getrokken en met de kettingzaag gedecimeerd. De regen houdt op, de zon laat zich voorzichtig zien en het dorp stroomt vol met toeristen en aapjes.
Het iSimangaliso Wetland Park is een uitzonderlijk natuurgebied met erg veel verscheidenheid aan fauna. Zelfs de coelacanth zou hier nog voorkomen. We rijden door het reservaat naar Cape Vidal en bewonderen koedoe, reebok, vervet, zebra, buffel, bosbok en helmparelhoen terwijl we langs het grote meer over de bergachtige savanne rijden. Op de parkeerplaats kijken we een tijdje geïntrigeerd naar een familie vervets en hun dagelijkse beslommeringen. Deze groene meerkatten zijn niet bang van vrouwen, wel van mannen. Een vervetwijfje jaagt Mona weg. De jonge aapjes vangen insecten, wat een komisch zicht is. Onder de samango's wordt gevochten. Een mangoest loopt onder onze geparkeerde wagen door. In de oceaan nemen we het op tegen hoge golven en op het strand tegen de apen. Ze proberen herhaaldelijk onze snacks te stelen, met wisselend succes. Eén van de vervets loopt met een stukje chocolade en mijn boxershort weg. Die laatste laat ze vallen. Daarna gaat één er met de hele koekjesdoos vandoor, maar is ook iets te onhandig. We experimenteren wat en kijken hoe ver ze durven gaan. Af en toe staan we oog in oog in dreiginshouding. Ontzettend fascinerend. Op het einde van ons kleine oorlogje geeft Joris de aap enkele koekjes, die ze gulzig verorbert. In de duinen grazen enkele duikers.
Ook bij het ontbijt de volgende ochtend worden we door een tiental apen op het terras belaagd. Enkele toeristen hebben het raampje op hun kamer laten open staan en maar liefst vier apen vinden hun weg naar binnen. Bij Steves kamer roven ze verschillende appels en zakjes suiker weg. Tot ze zelf door spreeuwen worden aangevallen, iets wat ze duidelijk niet hebben verwacht. Wellicht hebben de vogels er ergens een nest met kuikens. We vertrekken richting Durban, de drukste zeehaven van het continent en belangrijke stad in het Britse koloniale verleden. Met de Zoeloes en Indiërs erbij is het een interessante smeltkroes van culturen. We zien het stadium en rijden over de Golden Mile, de boulevard aan de dijk. Er zijn heel wat luxehotels gebouwd, en verder is er een pretpark met kabelbaan. Riksjarijders bieden toeristen een rit aan in hun Zoeloeriksja. Op het Francis Farewell Square staat het imposante stadhuis, een replica van dat van Belfast. Aan het kruispunt en het marktje heerst een verkeersdrukte van jewelste. Het is best moeilijke om uit deze bedrijvige mierenhoop weg te geraken. Wanneer we de stad via de snelweg verlaten valt op hoe groot die is. Met haar 3,5 miljoen inwoners is Durban de derde grootste stad van Zuid-Afrika.
We rijden door naar de Howick Falls, een 94 meter hoge waterval. Het was op deze plek dat Nelson Mandela werd gearresteerd, waarna hij voor 28 jaar achter slot en grendel verdween. Tijdens onze lunch speelt een straatmuzikant het refrein van 'I Want To Know What Love Is' van Foreigner aan één stuk non-stop door, tot we er gek van worden. Ons busje rijdt verder landinwaarts in een felgroen heuvellandschap. We zullen onze twee laatste nachten doorbrengen in de Drakensbergen, het uitgestrekte berg- en bosgebied dat Zuid-Afrika van Lesotho scheidt. Het hotel ligt in een landelijke omgeving. De slaaphutjes liggen tussen mooie, keurige tuintjes. De muren van de bar zijn van boven tot beneden volgeschreven met berichtjes van bezoekers. Er kleeft zelfs een sticker van Provincie Antwerpen. Van dit dorpje Bergville is het niet ver naar de noordelijke Drakensbergen. Daar gaan we de volgende dag wandelen.
Deze grillige bergen met hun weelderige flora zijn van een buitengewone schoonheid. We volgen de wandelroute The Gorge en komen onderweg enkele toeristen en... bavianen tegen. Deze dieren hebben tanden die langer zijn dan die van een leeuw. We geven hen dus voorrang. Aan de kloof in kwestie wordt het een pak avontuurlijker. Daar is het klimmen met touwladders, pinnen in de rotsen en ijzeren kabels. Best gevaarlijk bij momenten, maar daar doen we het voor. Op de terugweg passeren Stefan en ik een boom wanneer een baviaan dreigend naar ons blaft. Speciaal. Met 16 km bergpad in de benen bij meer dan 30°C smaken de pintjes aan het zwembad nog net iets beter.
De laatste dag vertrekken we noordwaarts, door de fabelachtige Drakensbergen, door de provincie Vrijstaat, naar Johannesburg. We rijden voorbij Sterkfonteindam, een dam van enorme afmetingen, en zien enkele flamingo's en lepelaars. Zodra de dominante skyline van Jo'burg opdoemt, dringt ook het vrijdagnamiddagverkeer zich op, en onvermijdelijk ook het einde van deze intrigerende groepsreis doorheen Swaziland en het noordoosten van Zuid-Afrika, boordevol herinneringen die we nog heel lang zullen koesteren.

Waterval

$
0
0
Op de vlucht voor de dictatuur,
je nobele strijd verboden.
Een systeem als een griep
die je niet kan uitzweten.
Zo'n hardnekkige ziekte smeekt
haast om een paardenmiddel.
Er zat poëzie in je sabotage,
schokgolven die het land deden
sidderen en beven, niet breken.

De wijsheid van een waterval,
hoe je met geheven speer
je neergang tracht te ontmantelen.
Visionair in het klare water,
je ziet toekomst en verleden.
In het geklater klinken echo's van namen:
Sharpeville, Soweto, Pieterson, Biko.
Nkosi sikelel' iAfrika.

Sluit je ogen nog even en
droom van je uitgestelde zege.
Wat nu volgt is Sint-Helena,
maar als een omgekeerde Napoleon
zal je terugkeren met een medicijn,
met uitgestoken hand,
een ingeslapen land.
Verlichting tussen vier muren,
een straal zo fel dat ze
oneindig ver in de toekomst schijnt.

Madiba, de bokser die zijn tegenstander
in de laatste ronde velt.

Stille kreten

$
0
0
Hier houdt zelfs de angst haar adem in.
De straten geplaveid met hun eigen sterftecijfers.
De stad schaamt zich een vooroorlogs gehucht.
Geen levende ziel hier tussen muren die krimpen.
Niemand lijkt thuis, maar ook niet op straat.
Een afwezigheid met de geldingsdrang van een bonzend hart,
de contouren van waar net nog een lijk lag.
Pendeldienst naar het kerkhof, waar kraaien
krijtlijntjes in onze ziel krassen. Adem stokt empathisch,
solidair met het magnetisch veld van afgesneden
praatjes onder onze voeten. Al die open eindes,
daar waar het leven zich er rap vanaf heeft gemaakt.
Half afgewerkte verhalen liggen hier voor het opgraven.
Propjes van levens die nooit nog gladgestreken
maar prominent een plek in de prullenmand innemen.
Ronde stenen van betekenis die langzaam eroderen.
Zolang wij ze vergeten zal dit fenomeen enkel vermeerderen.
Gekiste stille kreten.

Flavours of the month

$
0
0
Leonard Cohen is king of this month's singles chart, with a marvellous remix of his latest single at the top position. He's also covered by The Last Shadow Puppets, who unexpectedly will release an EP before the end of the year. There are some very interesting Belgian bands in the list. Do check out Hypochristmutreefuzz, Het Zesde Metaal, sperwer and of course Whispering Sons. Mono and The Kills will soon give a concert in Belgium, they both have a brand new single ready.

  1. Leonard Cohen - You Want It Darker (Paul Kalkbrenner Remix)
  2. Radiohead - Present Tense
  3. Kapitan Korsakov - Caramelle
  4. Temples - Certainty
  5. Whispering Sons - Performance
  6. Black Kids - Obligatory Drugs
  7. Hypochristmutreefuzz - Gums Smile Blood
  8. sperwer - JAGER
  9. The Cinematic Orchestra feat. Moses Sumney - To Believe
  10. The Kills - Impossible Tracks
  11. Nick Cave & The Bad Seeds - I Need You
  12. Red Fang - Cut It Short
  13. Het Zesde Metaal - Naar de Wuppe
  14. Trentemøller - Redefine
  15. Clock Opera - Whippoorwill
  16. Mono - Requiem For Hell
  17. Blaenavon - My Bark Is Your Bite
  18. Nick Murphy (FKA Chet Faker) - Stop Me
  19. Holy Holy - Darwinism
  20. The Strokes - Drag Queen
  21. Crystal Fairy - Drugs On the Bus
  22. El Vy - Are These My Jets?
  23. CRX - Broken Bones
  24. The Last Shadow Puppets - Is This What You Wanted
  25. Car Seat Headrest - Drunk Drivers/Killer Whales
  26. The Slow Show - Ordinary Lives
  27. The Flaming Lips - The Castle
  28. Taxiwars - Bridges
  29. Thee Oh Sees - You Will Find It Here
  30. Kaleo - Way Down We Go

Leo

$
0
0
Het is 2016 en ons schaamtelijke verleden staart ons nog steeds recht in het gezicht. Waar we ook gaan: Brussel (aan het koninklijk paleis), Oostende (De Drie Gapers), Tervuren (Afrikamuseum), Ekeren (marktplein)… Onze wereldberoemde koning Leopold II staat hoog op zijn voetstuk te glunderen van de glorie die wij hem nog steeds gunnen. Hem en zijn Grote Afrikaanse Avontuur. Toegegeven, het is een stokpaardje van mij geworden dat niet meteen het allerrelevantst is in tijden van oorlog, crisis, terreur en klimaatproblemen, maar het zegt wel heel veel over hoe wij naar het verleden kijken, hoe wij daarmee omgaan, en hoe dat geprojecteerd wordt op ons heden.
België heeft enkele bijzonder zwarte pagina’s in haar geschiedenis, iets wat in andere landen niet anders is. De twee wereldoorlogen worden tot in elk boerengat herdacht met een monument. Lest we forget. En zo hoort het ook. Ook de zeer pijnlijke geschiedenis van Belgisch Congo mag nooit vergeten worden en is iets waar we onze kinderen moeten blijven over onderwijzen. Maar dat kan ook anders dan door de aanstichter van al die gruwel nog steeds op een voetstuk te plaatsen, door hem nog steeds die vele standbeelden te gunnen. Er is mijns inziens geen enkele reden om die beelden nog op de huidige plekken te houden. Werp ze voor mijn part in een donker hoekje van één of ander museum, maar op een marktplein, op één van de drukste straten van België, aan de populaire Oostendse gaanderijen, hebben ze echt geen plaats meer. Niet in 2016.

Want dit valt in geen enkel opzicht te vergelijken met herdenkingen aan de vele slachtoffers van de wereldoorlogen, of met die van de Shoah. Leopolds standbeeld is geen symbool van het lot van zijn 8 miljoen slachtoffers. Integendeel, het is een bevestiging van zijn beleid, een schouderklopje voor onze dynastie, een signaal dat we het wel in de tijdsgeest kunnen plaatsen, dat het z’n plek heeft in de geschiedenis, dat we er vrede mee hebben genomen. Welnu, ik neem daar geen vrede mee. Ik aanvaard deze typisch Belgische berusting in deze situatie niet. En ik ben niet de enige. In Oostende werd een hand afgezaagd van één van de beelden die een Congolees voorstelt en in Brussel kreeg het beeld van de koning al eens een douche van bloedrode verf.

Maar waarom vinden de meeste Belgen het behoud van deze standbeelden wel best oké? Waarom nemen we onze verantwoordelijkheid niet? Zo’n grote opoffering kan het niet zijn om hier komaf mee te maken, om een krachtig signaal te geven dat we deze donkere pagina van ons verleden afkeuren en verwerpen, om ons nageslacht te tonen dat Belgisch Congo een grote fout was, met afschuwelijke gevolgen, om Leopold II ondubbelzinnig de geschiedenis te laten ingaan als een massamoordenaar die enkel moet onderdoen voor Hitler, Stalin en Mao en zo op de vierde plaats eindigt van regimes met het hoogste aantal moorden in de 20e eeuw. Waar in Duitsland vind je nog een standbeeld van Adolf Hitler in het straatbeeld? Ik zal het u vertellen. Nergens.

Ondertussen heeft men bij het beeld op de zeedijk in Oostende een infobordje geplaatst om het allemaal wat te duiden, wellicht om de gemoederen bij de activisten wat te bedaren. De vraag is of dat voldoende is. En ook of het consequent of wenselijk is. Het is zo’n beetje zoals de waarschuwingen op sigarettenpakjes. We verkopen ze nog van harte en maken er nog reclame voor, want het geld komt met hopen binnen, maar met een foto van gitzwarte longen of een zieke foetus sussen we ons geweten. Zeg niet dat we jullie niet hebben gewaarschuwd, lieve roker. Bovendien is het bordje niet meer dan een doekje voor het bloeden. Er wordt gewezen naar de controverse, met als voorbeeld de door de activisten afgehakte hand van de beeldengroep, en daar stopt het zowat. Schepen van Cultuur Bart Plasschaert (CD&V) vindt een complete herschrijving van de geschiedenis overbodig en stelt dat er wel belangrijkere problemen in Oostende zijn. Zonder twijfel. Maar je merkt meteen hoe weinig belangrijk het allemaal is. De discussie gaat voor velen om iets louter symbolisch, iets om politiek correcte wereldverbeteraars mee bezig te houden, maar hoe kunnen we aan een betere toekomst werken als we op deze manier met ons verleden omgaan? Nee, zo’n infobordje gaat het tij niet keren. Activisten gaan terecht niet op hun lauweren rusten. Met alles wat we weten over wat daar gedurende 23 jaar in Belgisch Congo is gebeurd (moet ik nog een opsomming van de misdaden tegen de mensheid geven of is het voldoende in ons historisch geheugen gegrift?), is er maar één actie wenselijk: het beeld uit het straatbeeld weghalen.

Is het zonde om een karakteristiek monument van Oostende of Brussel zomaar te verwijderen? Niet noodzakelijk. En eigenlijk enkel als je ook belang hecht aan de betekenis van het standbeeld. Beide steden hebben heel veel andere troeven waar ze mee kunnen uitpakken, en waar we niet tot diep in onze vezels schaamte voor moeten voelen telkens wanneer we er voorbij wandelen. Beide steden hebben tal van andere beelden, voor wie daar dan toch zo op kickt. Beelden beelden beelden. Je ziet bijna niets anders. Op één beeld zal het niet steken. En aangezien het hier niet bepaald om sculpturen van Michelangelo of Rodin gaat, zonder eender wiens vakmanschap te willen bagatelliseren, hebben de beelden in kwestie enkel een inhoudelijke waarde. Ze zijn er om ons collectieve geheugen mee te ondersteunen, niet voor ons esthetisch genot.

In Boedapest zijn ook zo goed als alle beelden uit de communistische periode uit het straatbeeld verdwenen en verbannen naar net buiten de stad, in Memento Park. Ja, zelfs de beelden van Marx en Engels. Wie daar zin in heeft, kan die beelden daar gaan bezoeken – een aanrader trouwens. Wie geen zin heeft om die elke dag voorbij te hoeven lopen – en dat zijn er gezien het collectieve trauma heel wat – moet geen uitstap naar Memento Park plannen. Zo eenvoudig kan het zijn. Elke verzuchting over verarming van het straatbeeld of esthetische verloedering gaat compleet aan het ethische aspect en het superieure belang daarvan voorbij. Misschien is dit appels met peren vergelijken, want onze eigen voorvaderen waren nooit het slachtoffer van de misdaden van Belgisch Congo, terwijl de Hongaren wel degelijk zelf hebben gezweet onder Rákosi en zijn rode rakkers. Zijn we daarom zo onverschillig? Omdat de Congolezen, en niet de Belgen destijds het slachtoffer waren van Leopolds regime? Maar kijkt het Brusselse standbeeld van onze tweede vorst niet lijnrecht naar de Matongéwijk?

Waarom smelten wij onze herinneringen aan historische figuren zo graag om in een standbeeld? Omdat deze landgenoten iets hebben betekend voor onze samenleving. Omdat we deze personen letterlijk op een voetstuk plaatsen en aan onze kinderen vertellen, “Kijk, dat is een belangrijk persoon geweest. Willen jullie weten waarom?” En die kinderen, leergierig als ze af en toe nog durven zijn, zullen antwoorden, “Ja, dat willen wij.” En dan kan je over Jacob Van Artevelde vertellen, over Daens en Jordaens, over Paul Van Ostaijen en Peter Benoit. Maar los van het feit dat Leopold II de koning van België was, kan je aan geen kind of toerist uitleggen waarom deze door de rest van de wereld uitgespuwde vorst nog steeds in volle glorie in het straatbeeld van verschillende Belgische steden staat. Tenzij je het meest typische antwoord hanteert dat een Belg kan geven: “Het is nu eenmaal zo. Waarom dat dan gaan veranderen? Laat het toch zijn.” Praktijktesten? Ach ja, laat dat toch. Zwarte Piet aanpassen? Moet dat nu echt? Dat is traditie. De Belg is net zoals die schepen van Oostende erg diplomatisch en traditioneel ingesteld. We geven alle partijen iets, zodat we niet tegen iemand zijn of haar schenen moeten schoppen, en we laten de dingen liever zoals ze zijn. En we zijn bereid daar heel ver in te gaan. Maar zo verandert er niets. Zo verander je niet. En dat is in sommige kwesties een kwalijke zaak.

Bron: Truyts, J., Nieuw infobord bij omstreden standbeeld van Leopold II in Oostende, geraadpleegd op 02/11/2016, van http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/regio/westvlaanderen/1.2764959.

Lees het artikel hier op Mirari.

Dumb, Dumber, Trump

$
0
0
Racism is the new black.
Orange is the new racism.

Next time you want to play your trump card
please first brush up on your history, folks.

Nijlpaard

$
0
0
Het is begin december en we doen een terrasje in St Lucia. Slechts een zucht van het meer brengt verkoeling in de Afrikaanse zon.
Een halve liter. En nog één. Ze gaan er goed in vandaag. Er is toch niets anders om handen in dit vakantiedorp van een zakdoek groot.
Een mens moet het zwembad van zijn hotel niet meer verlaten om The Big Five te zien. Er liggen genoeg dikke Duitsers in bikini te bakken en te braden, terwijl blauwapen Snickers uit hun hotelkamers pikken.
Nachtelijk bezoek komt hier in de vorm van drie ton gevaar op wandel. Ze drinken van het zwembad wanneer dikke Duitsers dromen.
Zelfs wanneer de zon in de oceaan kopje onder heeft gedaan tiert toerisme welig in de bar met dronken Denen. Bij het braken in een bloembak komt de biltong weer tevoorschijn. Zo'n koedoe ligt stevig op de maag.
Hier is niemand bang van Zwarte Piet. Wie stout is, wordt vermalen door de kaken van een nijlpaard.

Spaarplan

$
0
0
De kraan stottert dikke druppels.
De suiker is op.
Je schoenen zijn versleten.
Dode muizen in je kop.
Je werkt aan een puzzel,
maar de puzzel, die is stuk.
Rode cijfers op de deurmat.
Maar er is altijd geld voor drugs.
Er is altijd geld voor drugs.

Alle monden onverzadigd.
Wanneer worden ze gevuld?
Buren wijzen naar de deurmat
en ze zeggen eigen schuld.
Onze magen krimpen samen,
tot de grootte van een mug.
Wat met de deurwaarder op het gangpad.
Maar er is altijd geld voor drugs.
Er is altijd geld voor drugs.

De televisie wordt niet meer gemaakt,
en de wijn is op en de koffie is op
en de gin is op en de raki is op
en de rum is op en de wodka is op,
de confituur is op en het brood is op,
en ontbijtgranen hebben we zelfs nooit gehad.
En naar feestjes sturen we onze kat.
De euro's groeien niet op onze rug.
Van de belastingen krijgen we niets terug.
Geen rode duit voor een fiets of voor de bus.
En vader komt niet over de brug.
De centen vallen hier niet uit de lucht.
Toch is er altijd geld voor drugs.
Er is altijd geld voor drugs.

Ballonnenvrees 16 november 2016

$
0
0
Na anderhalve maand wachten konden we eindelijk weer ballonnen gaan vrezen, deze keer weer in De Kleine Hedonist en met een wel heel straffe affiche. Vorige week moest de wereld afscheid nemen van Leonard Cohen, dus een tribute was wel op zijn plaats. Gust Peeters en Marlijn Spee hadden nog nooit eerder het podium gedeeld, maar met Gusts naar het Nederlands vertaalde teksten en Marlijn achter de piano kregen we een ontroerend en pakkend samenspel. Zo kwamen onder meer 'Hallelujah' en 'Dans Mij Naar de Liefde Toe' aan bod. Normaliter brengt Gust die samen met Jakobistan, maar Kobe kon er helaas niet bij zijn vanavond.
Verder met de straffe Merlijn Huntjens uit Nederlands Limburg. Hij had het onder meer over de identiteitscrisis die achterbleef nadat de mijnbouw het in zijn streek voor bekeken hield. Hij eindigde met een ode aan zijn oma. Deze jonge gast heeft al enkele slamwedstrijden gewonnen en dat is bij Els Dejonghe niet anders. Ze trakteerde haar publiek op een mengeling van haar smakelijke oude en nieuwe teksten. Met haar treurig blijspel won ze nog geen week geleden nog Podiumvlees 2016 in Tilburg.
Nicolas Barbaix is volgde na de pauze. Zijn zorgvuldig gesponnen poëzie was een ware verrijking. Deze grafschenner onder de dichters had onder meer een gedicht voor ons in petto dat vroeger 'La Dolce Vita' heette, nu niet meer, onder lichte dwang van zijn entourage. Akim A.J. Willems hoeft geen aankondiging meer. Deze kanjer uit Holsbeek liet de microfoon voor wat die was en gaf ons enkele cycli, zoals zijn gekende 'Wat Weten Bomen Daar Nu Van', 'Man Van Weinig Woorden' en 'Gedichten Voor de Jongen In het Blauw'. Tijd voor een lach en een traan, met de woorden en piano van Yannick Moyson en Marlijn Spee, ofwel Moyson-in-Spee. Deze slammer en deze singer-songwriter tonen dat poëzie en kleinkunst perfect hand in hand kunnen gaan. Hun pakkende set van soms ernstige, soms hilarische nummers vertelden het verhaal van hun ontmoeting, van drie generatie sterke vrouwen tot hun twee passies: poëzie en bier. Dat laatste nummer is een krachtige samensmelting van Yannicks klassieker 'Johan Stapelaar' en Marlijns intieme 'Hef Je Glas'. Indrukwekkend!
Na een twee pauze, om dat allemaal te verwerken, was de mic aan Nederlands rapper en slammer Christopher Blok, vooral bekend van de beruchte Punchoutbattles. In zijn rijke slams speelt hij voortdurend op ingenieuze en frisse wijze met de Nederlandse taal. Zo had hij het over de verslaving aan geld in een kapitalistisch systeem (kapitaalinjecties van euroïne toegediend door de staat) en speelde hij een hele tijd door met de woorden 'wijzer worden', zijn classic zeg maar. De laatste twee minuten van zijn tijd toonde hij dat hij ook een straf freestyle artiest is.
Tijd voor rock'n'roll en liters whisky. De goed met sterke drank geoliede, machtige stem van Milan Borms huilde een halfuur lang naar de maan, tijdens zijn intense set als Lone Wolf. Deze Antwerpse jonge wolf rockte de kater uit zijn lijf, ging dan weer intiem met een cover van Kaleo's 'I Can't Go On Without You', deed de hele Hedonist mee brullen op zijn hit 'Lone Wolf' en sloot af met 'My Man Is Gone', een ontroerende song over het verliezen van een hond als beste vriend.
Gert Vanlerberghe, gastheer en organisator, opende de open mic met enkele gloednieuwe teksten, waaronder 'Spaarplan'. Zijn zus Dorien Vanlerberghe volgde met een tekst die recht uit het hart kwam. Louche Loesje vuurde 'Wij Vrouwen' op ons af, een intense tekst die ons deed happen naar adem. Ook het gedicht 'Vrouwen' van Robert mocht er wezen. John Brains was de grootste verrassing van de open mic. Hoewel hij al eerder op Ballonnenvrees stond en in de Papa Jos een erg goede indruk achterliet, was dit nog enkele trapjes hoger. Zijn lange slamtekst zat propvol spitsvondigheden en liet ons verstomd achter. Adriana Kobor staat volgend jaar op Ballonnenvrees en bracht vanavond al een knappe Engelstalige tekst die zweefde tussen poëzie en proza. Tot slot was er Gust Peeters, waarmee de cirkel rond was. Met zijn 'In Paradiso' sloot hij een bijzonder sterke Ballonnenvrees op tintelende wijze af.

Op 7 december staan we in 't Werkhuys, met onder meer Anissa Boujdaine, Omar El Allali, Tom Driesen en Silke Vos Vanhoof. Heel graag tot dan, lieve nachtraven!

Foto's: Gust Peeters
Viewing all 934 articles
Browse latest View live